Het gemiddelde uurloon van vrouwen lag in 2024 nog 10,5 procent lager dan dat van mannen. Daarmee is het loonverschil opnieuw kleiner geworden: in 2010 was het verschil nog 19 procent. Dat blijkt uit de vandaag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in De arbeidsmarkt in cijfers 2024.
Volgens het CBS verdienden mannen in 2024 gemiddeld 30,32 euro per uur, tegenover 27,15 euro voor vrouwen. Op jaarbasis, inclusief bijzondere beloningen, ligt het bruto jaarloon van vrouwelijke werknemers nog steeds 32 procent lager dan dat van mannen. Dit verschil komt voor een groot deel doordat vrouwen gemiddeld minder uren werken. Slechts 23 procent van de vrouwen werkt voltijd, tegenover 63 procent van de mannen.
Hoewel het verschil in uurlonen kleiner is dan het verschil in jaarlonen, speelt ook de samenstelling van de werkende populatie een rol: factoren zoals leeftijd, opleidingsniveau en soort werk beïnvloeden de cijfers. Voor deze verschillen is in het onderzoek niet gecorrigeerd.
Nauwelijks nog loonverschil in het openbaar bestuur
Een opvallende ontwikkeling is te zien in het openbaar bestuur: daar verdienen vrouwen vrijwel evenveel als mannen. Gemiddeld ligt het uurloon van vrouwen daar nog maar 1 cent lager. Ook in het onderwijs is vooruitgang geboekt; daar is het loonverschil gedaald van 16 procent in 2010 naar 1 procent in 2024.
In sommige grote bedrijven verdienen vrouwen méér
Het CBS keek ook naar de 3.000 grootste bedrijven met minstens 100 mannelijke en 100 vrouwelijke werknemers. In 2024 verdienden vrouwen in 15 procent van deze bedrijven gemiddeld meer dan hun mannelijke collega’s. In 2010 was dat nog slechts bij 6 procent van de bedrijven het geval. In het openbaar bestuur geldt dit inmiddels zelfs voor een derde van de grote organisaties.
Tegelijkertijd blijft de financiële sector achter: daar verdienen mannen in álle grote bedrijven nog steeds gemiddeld meer dan vrouwen.