22 jaar lang beschermde een memorandum van overeenkomst (MoU) tussen KLM en de Nederlandse Staat de luchtvaartmaatschappij tegen strafrechtelijke vervolging voor het vervoeren van passagiers zonder de juiste reisdocumenten. In diezelfde periode werden andere luchtvaartmaatschappijen echter wel meerdere keren strafrechtelijk vervolgd.
Deze ongelijke behandeling leidde ertoe dat het gerechtshof in Amsterdam in 2008 en 2021 de vervolging van andere luchtvaartmaatschappijen niet-ontvankelijk verklaarde. Dit gebeurde omdat de Nederlandse Staat niet voldoende had geprobeerd om ook met deze maatschappijen een MoU te sluiten. Onlangs gepubliceerde documenten brengen nu meer duidelijkheid over de volledige omvang van deze ongelijke behandeling, waardoor er vragen ontstaan over de mogelijkheid om de eerdere veroordelingen van de andere luchtvaartmaatschappijen te herzien en of het MoU met KLM beschouwd kan worden als onwettige staatssteun.
Klik hier voor het volledige (Engelstalige) artikel van JahaeRaymakers Advocaten.
Deze bijdrage is geschreven door Kaisa de Bel en Thom Dieben, beiden als advocaat en advocaat-partner respectievelijk verbonden aan JahaeRaymakers Advocaten.