Ombudsvrouw onderzoekt EU-wetsvoorstel voor bedrijven over duurzaamheid
De Europese Ombudsvrouw onderzoekt of de Europese Commissie regels heeft gevolgd bij het opstellen van een nieuwe duurzaamheidswet voor bedrijven, naar aanleiding van zorgen over het overslaan van verplichte stappen zoals een effectbeoordeling, openbare raadpleging en intern overleg.
Europese Ombudsman 21 juli 2025
Als volgende stap in haar onderzoek naar de manier waarop de Europese Commissie een wetgevingspakket heeft opgesteld om de EU-duurzaamheidsregels voor bedrijven te vereenvoudigen, heeft Ombudsvrouw Anjinho gevraagd om gedetailleerde uitleg over waarom een reeks procedurele stappen - voorzien in de interne regels - niet zijn uitgevoerd.
De ombudsvrouw heeft de Commissie met name verzocht uit te leggen waarom zij geen effectbeoordeling, openbare raadpleging of beoordeling van de klimaatconsistentie heeft uitgevoerd, en waarom een interne raadpleging tussen de diensten van de Commissie over het ontwerpvoorstel slechts 24 uur heeft geduurd.
Het verzoek om nadere informatie volgt op een verzoek om inzage in relevante documenten en een bijeenkomst tussen vertegenwoordigers van het Bureau van de Europese Ombudsman en de Commissie in juni, waarin de Commissie uitlegde hoe zij het wetgevingsvoorstel tot wijziging van de richtlijn duurzaamheidsrapportage door bedrijven en de richtlijn passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid had opgesteld.
De ombudsvrouw heeft de Commissie verzocht haar redenering voor de “kritieke urgentie” van het voorstel nader toe te lichten. In het kader van de richtsnoeren voor betere regelgeving moeten afwijkingen van vereisten zoals effectbeoordelingen grondig worden gemotiveerd en goed worden toegelicht.
Daarnaast heeft de ombudsvrouw de Commissie verzocht uit te leggen waarom een verdere openbare raadpleging niet nodig werd geacht toen twee vergaderingen in februari 2025, die voornamelijk werden bijgewoond door vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en het bedrijfsleven, de enige uitwisselingen van belanghebbenden met betrekking tot de voorgestelde gewijzigde wetgeving lijken te zijn geweest.
De ombudsvrouw vroeg ook om opheldering over de duur van het interne overleg tussen de diensten van de Commissie. In bepaalde situaties kan dergelijk overleg tussen de diensten worden teruggebracht van de gebruikelijke 10 dagen tot een versnelde procedure van 48 uur, maar dit overleg werd binnen 24 uur afgerond.
Gezien het belang van dit onderzoek en het feit dat andere omnibuspakketten zijn gepland, is de Commissie verzocht uiterlijk op 15 september 2025 te reageren.
Dit is het derde lopende onderzoek van het Bureau van de Europese Ombudsman naar de vraag of de Commissie bij het opstellen van wetgevingsvoorstellen de nodige regels heeft gevolgd.
De andere onderzoeken hebben betrekking op de wijze waarop de Commissie een voorstel tot wijziging van de wetgeving met betrekking tot het gemeenschappelijk landbouwbeleid heeft opgesteld, alsook op haar besluit om geen effectbeoordeling uit te voeren voor twee wetgevingsvoorstellen ter bestrijding van migrantensmokkel.