Corruptie en fraude vormen niet alleen juridische en financiële risico’s, maar ondermijnen fundamenteel het vertrouwen in goed bestuur en maatschappelijke legitimiteit. Binnen governance staan deze thema’s centraal, omdat zij raken aan de essentie van integriteit, verantwoording en transparantie in besluitvorming.

Corruptie betreft het misbruik van macht of positie voor persoonlijk voordeel, terwijl fraude draait om doelbewuste misleiding met een financieel of strategisch motief. In de context van modern governance omvat het voorkomen van deze risico’s veel meer dan enkel naleving van regels: het vraagt om een expliciete integriteitsstrategie, sterke interne controle, effectieve meldprocedures en een cultuur waarin ethisch leiderschap de norm is.

Daarbij spelen bestuur en toezicht een sleutelrol. Zij moeten niet alleen zorgen voor robuuste compliance‑structuren, maar ook het gesprek over integriteit actief stimuleren binnen de organisatie. Nieuwe ontwikkelingen, zoals strengere Europese regelgeving rond de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD), de aangescherpte Wwft‑verplichtingen en de inzet van data‑analyse en AI voor risicodetectie, maken governance‑processen complexer maar ook krachtiger.

Door deze instrumenten bewust in te zetten kunnen organisaties corruptie en fraude effectief tegengaan, reputatieschade beperken en bijdragen aan een transparante, verantwoorde en duurzame vorm van bestuur.