De Rechtbank Rotterdam heeft een bestuurder en grootaandeelhouder van een bedrijf vrijgesproken van valsheid in geschrifte en het opzettelijk gebruikmaken van valse documenten. De verdachte werd vervolgd voor het opstellen en indienen van onjuiste belastingaangiften, suppletieaangiftes over 2019 en een frauduleuze aanvraag voor Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) over het eerste kwartaal van 2021. Het Openbaar Ministerie stelde dat hij als bestuurder verantwoordelijk was en feitelijk leiding gaf aan deze handelingen.
Standpunt Openbaar Ministerie
Het OM achtte bewezen dat de verdachte wist van de onjuiste TVL-aanvraag en andere valse documenten. Omdat de aanvraag was ingediend via zijn persoonlijke eHerkenning-account, stelde het OM dat hij hiervan op de hoogte moest zijn geweest. Het OM eiste een gevangenisstraf van 9 maanden (waarvan 3 voorwaardelijk), een beroepsverbod van 5 jaar en publicatie van het vonnis.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk leiding gaf aan de verboden gedragingen. Hoewel de TVL-aanvraag via zijn eHerkenning was ingediend, kon niet worden uitgesloten dat een medeverdachte, die als feitelijk leidinggevende en boekhouder optrad, de aanvragen zonder medeweten van de verdachte had gedaan. Het scenario dat de medeverdachte zelfstandig en zonder wetenschap van de verdachte handelde, werd niet onaannemelijk geacht.
Vrijspraak
Omdat niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat de verdachte opzettelijk valse geschriften had opgemaakt of gebruikt, heeft de rechtbank hem vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten.