Als je op het internet op het woord ‘corruptie’ zoekt, zie je van alles voorbijkomen: van degelijke strafrechtelijke verhandelingen tot scheldpartijen op social media dat ‘al die politici corrupt zijn’. En dat is misschien wel een van de vele problemen met het begrip. In het strafrecht komt het niet eens voor; daar heeft men het over omkoping. En hoewel het Volksempfinden misschien ook niet behulpzaam is om het begrip af te kaderen, ligt het wel dichter bij de Latijnse oorsprong: bederf. Meer in het bijzonder wordt corruptie gekoppeld aan (overheids)macht, en machtsbederf is een woord dat ook nu nog vaak als synoniem voor corruptie wordt gebezigd.In dit boek hebben we het over corruptie, vooral in relatie tot ondermijning – wat ook al een breed begrip is waarover we in de media veel lezen. In termen van bederf is ondermijning corruptie in optima forma: de publieke sector is dan geen vehikel van de rechtsorde meer, maar een die is gericht op het behartigen van de belangen van enkelen, en dat ook nog eens met onrechtvaardige of zelfs criminele middelen. Zo ver is Nederland niet, maar er is geen reden aan te nemen dat de rechtsstaat en onze rechtsorde vanzelfsprekend zijn.
Doel van dit boek is houvast bieden aan overheidsmedewerkers- en bestuurders die in de praktijk van alledag met concrete vragen zitten als:
Is het verstandig als wethouder om een gift aan te nemen van een lokale ondernemer?
Mag ik als raadslid als belangenbehartiger van een bepaalde burger optreden?
Waar ligt de grens tussen ‘maatwerk’ en ‘favoritisme’?
Om uit te leggen wat corruptie en ondermijning is, zullen we leunen op veel wetenschappelijke literatuur en juridische bronnen uit binnen- en buitenland. Aan de hand van voorbeelden halen we hier de kern uit, en geven waar mogelijk praktische handvatten en visuele schema’s.