Menu

Filter op
content
PONT | Governance

0

Update non-bancaire financiering: jurisprudentie

Van Doorne 10 december 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Rechtbank Overijssel, 29 oktober 2024 (publicatie 1 november 2024)

ECLI:NL:RBOVE:2024:5641

Eiser vordert nakoming van de kredietovereenkomst die zij met partij A heeft gesloten en nakoming van de borgtochtovereenkomst die zij met partij B heeft gesloten. Partij B stelt dat eiser de op haar rustende zorgplicht heeft geschonden jegens partij B als particuliere borg en dat die schending een wanprestatie is die zou moeten leiden tot nietigheid van de borgtochtovereenkomst. De kantonrechter is van oordeel dat het verweer van partij B niet slaagt, omdat zij geen (juist) rechtsgevolg heeft verbonden aan haar verweer. Een eventuele tekortkoming in de nakoming van Qredits door het schenden van de zorgplicht, kan namelijk hooguit leiden tot de toekenning van schadevergoeding conform artikel 6:74 BW, maar dat is niet gesteld noch gevorderd.

Rechtbank Overijssel, 27 september 2024 (publicatie 8 oktober 2024)

ECLI:NL:RBOVE:2024:5034

Eiser en gedaagden hebben een geldleningsovereenkomst gesloten. Deze overeenkomst is opgesteld door de financieel adviseur van gedaagden. In de overeenkomst is opgenomen dat eiser een bedrag aan gedaagden uitleent en dat gedaagden een tweede hypotheekrecht op hun woning zullen geven. Dat is echter niet gebeurd. Voordat voor eiser een tweede hypotheekrecht op de woning van gedaagde 1 is gevestigd, heeft deze financieel adviseur dat voor haarzelf laten doen. De voorzieningenrechter overweegt dat alleen het profiteren van andermans wanprestatie nog geen onrechtmatige daad oplevert. Hij oordeelt echter dat voldoende aannemelijk is dat in dit geval sprake is van bijkomende omstandigheden die het handelen van de financieel adviseur onrechtmatig maken.

Rechtbank Overijssel, 9 oktober 2024 (publicatie 11 oktober 2024)

ECLI:NL:RBOVE:2024:5228

Deze zaak gaat over de vraag of eiser aanspraak kan maken op een borgtocht die door gedaagde is afgegeven in de koopovereenkomst tussen eiser en de holding van gedaagde. Eiser stelt dat sprake is van een zakelijke borgtocht en spreekt gedaagde aan als borg. Gedaagde 1 stelt dat sprake is van een particuliere borgtocht die nietig is omdat geen maximum is overeengekomen. De rechtbank wijst vorderingen van eiser jegens gedaagde 1 af omdat sprake is van een nietige particuliere borgtocht bij gebrek aan een maximum.

Rechtbank Midden-Nederland, 28 juli 2021 (publicatie 4 november 2024)

ECLI:NL:RBMNE:2021:6966

Eiser spreekt gedaagde aan op nakoming van een borgtochtovereenkomst. Gedaagde betwist dat zij is gehouden tot nakoming van deze borgtochtovereenkomst en voert, onder andere, aan dat haar echtgenoot geen toestemming heeft gegeven voor de persoonlijke borgstelling en dat deze door haar echtgenoot buitengerechtelijk is vernietigd. Eiser stelt dat geen toestemming van de echtgenoot nodig was omdat de borgstelling aangegaan is ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf.

Gerechtshof Amsterdam, 22 oktober 2024 (publicatie 22 oktober 2024)

ECLI:NL:GHAMS:2024:2897

Ondernemer vordert schadevergoeding op de grond dat de bank bij haar kredietverstrekking onvoldoende zorgvuldig jegens hem is geweest. Het hof oordeelt dat de ondernemer door zijn verwijt in feite zijn inherente ondernemersrisico op de kredietverstrekker tracht af te wentelen. De vordering wordt afgewezen.

Rechtbank Overijssel, 20 november 2024 (publicatie 22 november 2024)

ECLI:NL:RBOVE:2024:6187

Twee bestuurders hebben zich persoonlijk tot borg gesteld van de vennootschap. Zij worden als persoonlijk borg aangesproken tot nakoming door een derde die een vordering heeft op de vennootschap. De partners van de bestuurders hebben echter geen toestemming voor deze persoonlijke borgstelling gegeven. Dat is wel bij wet verplicht. De partners van de bestuurders hebben daarom succesvol de borgstelling vernietigd. De schuldeiser kan daarom beide borgen niet meer aanspreken tot nakoming van de vordering.

Rechtbank Amsterdam, 14 november 2024 (publicatie 26 november 2024)

ECLI:NL:RBAMS:2024:7005

De bank beëindigd de bankrelatie met de vennootschap. De reden die de bank aanvoert is dat de bank het klantonderzoek niet heeft kunnen afronden zoals beschreven in artikel 3 lid 2 Wwft, en doel en aard van de zakelijke relaties niet heeft kunnen vaststellen. De vennootschap vordert in kortgeding voortzetting van de bankrelatie. De rechtbank oordeelt dat de bank, ondanks het spoedeisend belang van de vennootschap, de bankrelatie mocht beëindigen. Dit mocht onder meer vanwege het gebrek aan transparantie over de bedrijfsactiviteiten en het uitblijven van inlichtingen over bestuurswisselingen en het businessmodel.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26 november 2024 (publicatie 3 december 2024)

ECLI:NL:GHARL:2024:7274

Geldverstrekker heeft succesvol aangetoond dat sprake is van een zakelijke kredietovereenkomst en dat geen consumentenbeschermende bepalingen van toepassing zijn. Hiertoe heeft de geldverstrekker aangetoond dat het verstrekte krediet tot stand is gekomen na bemiddeling via een gebruikelijke intermediair die uitsluitend zaken doet met ondernemers (en geen particulieren). Ook heeft de schuldenaar informatie verstrekt over onder andere zijn bedrijf, het doel  van de lening (voorfinanciering van de btw met betrekking tot het bedrijfsvoertuig) en omzet. Omdat deze feiten onweersproken bleven, oordeelde de rechter dat sprake was van een zakelijke kredietovereenkomst.

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 10 september 2024, (publicatie 10 oktober 2024)

ECLI:NL:GHSHE:2024:2844

De hypotheekgever neemt na het beëindigen van de relatie met zijn partner de geldlening van de bank over. De NHG-dekking vervalt hierbij. De bank wil de restschuld vorderen van deze verstrekte hypothecaire geldlening, welke restschuld resteert na uitwinning van het hypotheekrecht. De bank mocht deze restschuld op de schuldenaar verhalen, omdat de bank duidelijk had gemaakt aan de hypotheekgever dat de NHG-dekking zou vervallen bij het overnemen van de schuld. De hypotheekgever heeft desalniettemin de geldlening over willen nemen.

Artikel delen